COMMUNICATIE-ANALYSE

“Alle gedrag is communicatie”. In het eerste axioma van zijn communicatietheorie meent Paul Watzlawick dat elk gedrag in een interactiesituatie communicatie is en dus een berichtwaarde heeft. Onder een interactie verstaan we elke uitwisseling van berichten tussen twee of meer communicerende personen. Watzlawick ging er ook van uit dat gedrag geen tegenstelling kent en dat er dus niet iets bestaat dat men kan definiëren als niet-gedrag. Hieruit kunnen we concluderen dat het simpelweg onmogelijk is om niet te communiceren. Bovendien gaan mensen mekaar in een interactie altijd beïnvloeden. De ene communicatiepartner zal met zijn taaluitingen de andere gaan beïnvloeden en vice versa. In sommige gevallen kan dit op een bewuste manier gebeuren, maar in het algemeen heb je dit niet in de hand. Het zijn nu deze processen van wederzijdse en simultane beïnvloeding die wij zullen bestuderen in deze paper.

De interacties die geanalyseerd zullen worden, vinden plaats in het domein van de werksfeer. Dit domein is naarmate de jaren vorderen alsmaar prominenter op de voorgrond aan het komen. Net als de sociale interacties in het moderne leven aan het evolueren zijn, geldt dat ook voor de interacties in de werksfeer. Meer en meer mensen gaan full-time aan het werk waardoor men dus veel meer tijd spendeert op de werkvloer. Deze is tegenwoordig dan ook een van de voornaamste bronnen van sociale interacties. De reden dat we dit thema kozen is omdat we wensten na te gaan of conversaties in de werksfeer zich beperkten tot de aankoop van een bepaalde broek of dat er misschien ook over nog heel andere dingen werd gepraat? Ook wilden we nagaan of de verkoopster verschillende houdingen aannam tegenover elke aparte klant. We verwachtten immers dat zij elke klant op een eigen passende manier zou behandelen.

Naast dit domein onderscheidt Joshua Fishman nog zo’n vier andere domeinen. Fishman meent dat de taal die we in onze dagelijkse bezigheden gebruiken in die vijf domeinen kan onderverdeeld worden. De overige vier domeinen zijn de volgende: het domein van de familie, het domein van de religie, het domein van de opvoeding (dan denken we vooral aan het onderwijs) en ten slotte dan nog het sociale domein. Samen met het domein van de werksfeer vormen deze vier domeinen het taalmodel dat Fishman in 1972 opstelde.

In de sociolinguïstiek is het zo dat ieder domein verwijst naar een gebied in ons leven alwaar er verbale en non-verbale interacties voorkomen. Het domein van de familie is een essentieel domein voor de vorming van onze identiteit. De eerste sociale contacten die we met iemand zullen aangaan, situeren zich dan ook in de eigen familie. Maar naarmate we de tijdslijn in ons leven dan verder aflopen, zullen we ons gaandeweg in andere domeinen gaan wagen. Wij zullen in deze paper dus de focus leggen op het domein van de werksfeer.

De invloed die beide interactiepartners op mekaar uitoefenen, willen wij analyseren door gebruik te maken van enkele theorieën die vaak gebruikt worden in de sociolinguïstiek. Aan de hand van die theoretische onderbouw zouden wij een antwoord willen vinden op de volgende vragen:

Eerst zullen we de verschillende interacties in het algemeen situeren door gebruik te maken van het bekende speaking-model van Dell Hymes. We zullen hiermee onder meer toelichten in welke situatie de interacties plaats vinden, wat de kenmerken van de deelnemers zijn, wat het doel van de interacties zijn, etc. Dit model stelt dat er in iedere communicatieve situatie een set van acht componenten weer te vinden is. In het eerste deel zullen we deze acht componenten (Situation, Participants, Ends, Act Sequence, Key, Instrumentalities, Norms en Genre) individueel toepassen op onze concrete interacties.

Vervolgens gaan we de vier conversationele maximes van Grice bespreken en eveneens uitwerken aan de hand van de geselecteerde conversaties.

Daarop volgt een analyse op basis van de beleefdheidsstrategieën van Goffman. Zijn beleefdheidsstrategieën-theorie werd ook uitgewerkt door auteurs als Brown en Levinson, en er zal in onze analyse dan ook aandacht worden besteed aan belangrijke noties als het gezicht (face) en Face Threatening Acts of gezichtsbedreigende handelingen.

Als laatste zullen we de bestudeerde interacties ook nog onderwerpen aan de analyse op basis van Searle zijn theorie van de taalhandelingen.