De beleefdheidsstrategieën van Goffman

Ervin Goffman, een Amerikaans socioloog, ontwikkelde een theorie over impression management. Zijn theorie zegt dat elke mens probeert een zo goed mogelijk imago te hebben. Mensen hechten met andere woorden veel belang aan het beeld dat andere mensen van hen hebben. We vinden ons imago belangrijk omdat het bijdraagt tot onze sociale waarde. Impression management wordt dan ook gebruikt om dit imago zo goed mogelijk te onderhouden.

Een centrale notie voor Goffman is het gezicht (hij noemt dit face). Ook auteurs als Brown en Levinson benadrukken het belang van dit gezicht; ze beschrijven deze face als de basismotivatie voor menselijke interactie. Ze onderscheiden twee zijden: een positieve kant van het gezicht en een negatieve. De positieve kant van het gezicht heeft betrekking op het belang dat mensen hechten aan het feit of mensen al dan niet positief staan ten opzichte van hem of haar. De negatieve kant gaat over over het belang dat men hecht aan zijn of haar onafhankelijkheid. In alle sociale acties die we stellen staat het evenwicht tussen ons positieve en negatieve face (en dat van de mogelijke interactiepartners) centraal. Alle talige communicatie vormt echter een bedreiging voor dit fragiele evenwicht. In deze talige communicatie krijgen interactiepartners af te rekenen met Face Threatening Acts (FTA’s, gezichtsbedreigende handelingen). In het licht van deze gezichtsbedreigende handelingen ontwikkelde Goffman zijn theorie over de beleefdheidsstrategieën; strategieën die de deelnemers aan de interactie kunnen gebruiken om het evenwicht tussen hun positieve en negatieve gezicht te onderhouden. We lichten kort deze strategieën toe en gaan er iets dieper op in waar ze relevant zijn in onze analyse.

a) Bald on-record strategieën

Deze beleefdheidsstrategieën zijn de meest directe die worden beschreven. Het risico dat men gezichtsverlies lijdt is miniem.

b) Positieve beleefdheidsstrategieën

Deze strategieën zijn iets minder direct dan deze van het vorige type. Er wordt nadruk gelegd op de gedeelde interesses van de interactiepartners om hun positief gezicht te verbeteren. In het voorbeeld uit onze transcriptie zien we dat de klant probeert zijn positief gezicht te verbeteren door haast letterlijk de gedeelde interesses te benadrukken.

*VRK: alleen in de lengte nog een stukske eraf mo das de maat ni éh.
*KL1: rechtsnije en bitje omstikke éh.
*VRK: ja.
*VRK: Kende gij iemand?
*KL1: ‘k denk dak da ook nog kan.
*VRK: ah # da ge da zelf kent?
*KL1: ’t zal nog wel lukke.
*VRK: ja.
*KL2: ’t is ne kleermaker geweest éh.
*VRK: ge moet wel een machien hebbe mo da hebde nog wel éh?
*KL1: mmmm nee da hebbek ni meer thuis.
*KL1: Khem vroeger nog in de gouwe schere gewerkt.
*VRK: ahja bij walter frijter # ja.

c) Negatieve beleefdheidsstrategieën

Dit derde type van strategieën is nog minder direct dan de twee die reeds besproken werden. De negatieve beleefdheidsstrategieën zijn vooral gericht op het vermijden van een bedreiging van het negatieve gezicht. Men wil zeker niet de autonomie van de gesprekspartner aantasten. De verkoopster past deze strategieën vaak bijna vanzelfsprekend toe. Ze wil zeker de autonomie van de klant niet aantasten, maar moet haar toch helpen en zorgen dat ze de juiste keuzes maakt.

*VRK: van maat klopt da pesies wel éh.
*KLT: ja greuter mag da ni zijn want zet da ni miej wa eut.

d) Off-the-record strategieën

Deze groep strategieën zijn zeer indirect. De communicatieve acties die worden ondernomen zijn zelfs zo indirect dat ze vatbaar worden voor verschillende interpretaties. De spreker kiest zijn uitingen zo zodat hij (of zij) niet verantwoordelijk gesteld kan worden voor eventuele gezichtsbedreigingen. Men dient wel te beseffen dat te indirect communiceren niet goed is voor het eigen gezicht, aangezien dit dan volledig genegeerd wordt. In het voorbeeld uit de transcriptie probeert de verkoopster een zeer groot aantal mogelijkheden aan te bieden, om zo de keuze bij de klant te leggen. Ze insinueert wel een bepaalde broek (dus da geeft een donker effect), maar helemaal zeker kan de klant hier niet van zijn.

*VRK: en wa zoekte?
*KL1: een blauwe of een zwarte jeans eigelijk.
*VRK: en ist marineblauw of # ge hebt wel nen helen oop opties.
*KL1: ja ‘t moet donker zijn.
%COM: verkoopster toont broek.
*KL1: ja da is een heel donkere en ok donker gestikt.
*KL1: dus da geeft een donker effect.
%COM: verkoopster toont andere broek.
*VRK: dees das ok donker mor van een ander herkomst.

e) Opting-out strategieën

Deze laatste groep strategieën houdt in dat men beslist om helemaal geen gezichtsbedreigende handeling uit te voeren omdat deze als te bedreigend zou worden ervaren. Men doet met andere woorden gewoon niets. Vanzelfsprekend kunnen we onmogelijk een voorbeeld citeren uit de transcriptie, maar het is best mogelijk dat verschillende van deze strategieën zijn gebruikt tijdens de beschreven interacties. Beide actoren trachten FTA’s te vermijden.