Conclusie

De interacties die we hebben besproken voltrokken zich allemaal in een winkel waar kleding wordt verkocht. Uit de verschillende analyses die we hebben uitgevoerd blijken enkele algemene bevindingen, die we graag even nader toelichten.

Allereerst blijkt uit onze analyse aan de hand van de maximes van Grice dat de interactie zeer zinvol is. De communicatie verloopt meestal duidelijk, en de actoren lijken elkaar zeer goed te begrijpen. Dit is overigens zeker niet verwonderlijk: er is een duidelijk doel in de communicatie en dit doel kan het best nagestreefd worden voor beide deelnemers als er een goed wederzijds begrip is.

In de analyse op basis van de beleefdheidsstrategieën van Goffman kunnen we iets minder duidelijke conclusies trekken. Wat wel blijkt is dat het aantal FTA’s zo klein mogelijk wordt gehouden. Beide deelnemers proberen zo weinig mogelijk het negatieve gezicht van de andere aan te tasten. De verkoopster probeert het positieve gezicht van zichzelf en de klant te verbeteren.

In het laatste deel van de analyse gebruiken we de taalhandelingen van Searle. Een paar zaken komen duidelijk naar voren: commisieven komen alleen van de verkoopster, de klant maakt geen beloftes. Directieven komen veel vaker voor in de interactie. Zowel klant als verkoopster gebruiken deze om op een vriendelijke manier dingen van elkaar gedaan te krijgen. Expressieven horen duidelijk niet thuis in een winkel, we vonden deze niet terug in de transcriptie. Het gesprek verliep ook eerlijk (representatieven), zoals reeds vermeld vooral gericht op het doel van de communicatie. Declaratieven zijn eerder zeldzaam.

De communicatie in de winkel is gericht op duidelijke doelen. De klant wil een kledingstuk kopen en de verkoopster wil kleding verkopen. Door deze complementaire doelen verloopt de communicatie zeer ordelijk en zinvol.